Bay Hagebeek spreekt met Antoinette Nausikaä, beeldend kunstenaar en zenboeddhist.
Gepubliceerd op online online boeddhistisch platform Bodhi op 04 mei 2023
Beeldend kunstenaar Antoinette Nausikaä trok vijf jaar lang de bergen in op zoek naar stilte. Tot ze besefte dat die daar niet te vinden is.
“Ik denk dat veel kunstenaars hele goede ‘zennies’ zijn,” zegt beeldend kunstenaar en zenboeddhist Antoinette Nausikaä: “Het in- en uitzoomen op een onderwerp, je ego tegenkomen, de vraag ‘hoe verhoud ik mij tot de wereld om mij heen?’ – het zijn allemaal thema’s die zowel in mijn werk als in mijn zenbeoefening spelen.” Nausikaä (1973) studeerde aan de Gerrit Rietveld Academie en de Rijksakademie (2009/2010). In 2008 won ze de ‘Bouw In Beeld Photography Award’. Haar boek Breathing Mountains werd in 2019 genomineerd voor ‘Best Photography Book of the Year’ bij Photo España. In 2020 volgde een nominatie voor ‘The Somfy Photography Award 2020’.
Stilte
Het thema ‘Vertragen en verstillen’ vormt een centraal thema in haar werk: “Voor mijn vijf jaar durend project Breathing Mountains ging ik op zoek naar stilte en pure natuur op heilige bergen in Europa en Azië. Totdat ik besefte dat dé stilte daar niet te vinden is. Die zoektocht ging uiteindelijk veel meer over mijn persoonlijke verbinding met de buitenwereld. Verbinding is wederkerig. Door als het ware naar de bergen te vluchten, ze te observeren, te voelen en te omcirkelen, ontdekte ik dat als ik mij terugtrek van de wereld, de wereld zich ook terugtrekt van mij.
Ik had altijd het idee dat ik weg moest gaan om rust te vinden, maar weggaan uit deze wereld kan niet. Breathing Mountains gaf mij het inzicht dat ik de wereld bén, dat die uit mij komt. Net zoveel als ik de wereld in mij opneem. Mijn ontdekkingstocht in dit project ging er dus over dat ik de verbinding tussen de twee ogenschijnlijk tegenovergestelde ‘ruimtes’ – van de mens en de natuur – in mijn beleving kan laten samenvloeien.
Na dat project ben ik gaan beseffen dat als ik die samenkomst in de afgelegen bergen zie, ik deze ook in de stad moet kunnen vinden. Daarom ben ik nu bezig met een werk dat juist in de stad, in het drukste van het drukste, plaatsvindt.”
Verbinding
“Met mijn kunst, mijn blik, hoop ik andere mensen met hun omgeving en de wereld te verbinden. Dat is een ander centraal thema in mijn werk. Natuur en cultuur lijken zo anders, maar uiteindelijk vind je overal dezelfde vormen terug, over de hele wereld. Wie die vormen daar heeft gemaakt, weet ik niet. Maar zowel in als tussen natuur en cultuur ervaar ik harmonie.
Het gaat in de hedendaagse wereld naar mijn mening te veel over ‘hebben’ en ‘bereiken’ in plaats van ‘zijn’. Door middel van mijn installaties – waar je doorheen kunt lopen – of in mijn sculpturen ervaar ik een fysieke verbondenheid met mijn gedachten, met situaties, met de wereld om me heen. Ik voel dan dat ik mens ben. Dat ervaren staat voor mij tegenover alles wat maakbaar is, alles wat niet aards is. Mijn sculpturen zijn gemaakt van de aarde die ik vind op locaties waar ik loop, waar ik foto’s maak. Puurheid is een voorwaarde voor mijn werk: ik bewerk mijn foto’s dus ook nooit. In deze tijd lijkt dat soms bijna primitief.”
Zen
Nausikaä is leerling van Maurice Knegtel Roshi in Utrecht: “Ik ontmoette hem in 2005 als collega toen ik in het Rembrandthuis ging werken. Door acht jaar lang wekelijks met hem, een zenleraar, te praten terwijl ik museumkaartjes verkocht, ben ik als het ware de zen ingerold en heb ik na een tijdje ook Jukai gedaan.
Het heeft heel lang geduurd voordat ik kon toegeven dat het wel okay is om boeddhist te zijn. Tweet
Ik ben een aantal keer in Japan geweest, al vrij snel nadat ik van de academie afkwam. Vanuit daar ontstond Breathing Mountains. Iets in dat land resoneerde met mij, ik werd er steeds maar naar toe getrokken. Ik wist nooit zo goed wat dat nou precies was. Ik wist in eerste instantie ook niet wat zen was. Tot ik met Maurice begon te spreken.
Ik realiseerde mij: volgens mij ben ik boeddhist en is het tijd dat ik daar iets mee ga doen. Nu is zen heel belangrijk voor me. Het is eigenlijk gewoon aanwezig in alles in mijn leven. Toch heeft het heel lang geduurd voordat ik kon toegeven dat het wel okay is om boeddhist te zijn. Want waarom moet je overal een naam aan geven? Met name de buitenwereld vindt dat fijn. Ik wilde zen liever gewoon onderzoeken. Uiteindelijk is mijn overgave aan zen en het als zen benoemen wel belangrijk gebleken. Als je je ergens aan overgeeft of toewijdt, krijgt het meer diepgang.”
Rituelen
“Ik houd heel erg van rituelen binnen de zenbeoefening. Ik heb nu eenmaal een kader nodig. Ik ga iedere week naar onze sangha die valt binnen de Soto school en volg de retraites van Maurice. En tegelijkertijd ben ik daar ook bezig om dat kader weer uit zijn verband te rukken.
Door met aandacht in- en uit te zoomen vallen kaders weg, dat ervaar ik tijdens mijn meditatie, en dat integreer ik ook in mijn werk. In de omgeving van de stad zoek ik naar kleine dingen die groots kunnen zijn en waar ik dan weer een hele wereld in zie. Ik verbind die objecten met de mens door ze specifieke aandacht te geven. Door in te zoomen ontstaat er als het ware een heel nieuw object, waar mensen dan ook zo naar kunnen kijken. Het kader waarin het voorwerp zich voorheen bevond, is dan weg.
Tijdens mijn dagelijkse werk in de studio heb ik zo mijn eigen rituelen en altaars. Zenbeoefening vind ik terug door middel van concentratie. Tijdens mijn werk stel ik mijzelf regelmatig een vraag. Een soort koan, iets waar ik niet zomaar uitkom. Zo deed ik dat ook met de bergen. Mijn vragen destijds waren: ‘Waarom voel ik mijzelf verwijderd? Waarom voel ik me zo ontaard in die drukte? Waarom kan ik alleen maar stilte vinden als ik in mijn huis zit?’ Ik ben niet iemand die chronologisch kan denken. Ik kijk gewoon in de rondte en alles komt bij mij ook zo in die rondte binnen. Zen geeft er voor mij vorm aan. Ook al zou je denken dat zen daar nu juist niet over gaat. Ik kijk rond, ik zoek en onderzoek. En dan volgt vaak een inzicht.”
Vorm
“Japan, als land, is vergeven van kaders. Die blokkendoosjes van een huis, van een straat. En als je maar lang genoeg inzoomt, dan zit je in iemands bento-box (Japans voor lunchbox, red.). Het zijn allemaal vierkantjes in vierkantjes. Dat gefragmenteerde zie je ook in zen: hoe ver je ook inzoomt, je ziet altijd de patronen, de structuur terug. Dat vind ik mooi. Zen geeft mij grond. Voor mij is Zen ontzettend belangrijk om te kijken naar de wereld waarin ik leef en waarvan ik altijd dacht: ‘Wow, dit is een grote ongestructureerde fluïde chaos waarin alles steeds verandert’.
Ik ben fan van de tekeningen van Sengai (1750–1837) een Japanse monnik in de Rinzai school. In de tekening ‘The Universe’ tekent hij een rechthoek, driehoek en een cirkel zo dat de vormen elkaar allemaal aanraken. Alles hoort bij elkaar, komt uit elkaar en verdwijnt in elkaar. Ik vind het bijzonder mooi hoe hij het universum terugbrengt naar die basisvormen waar kleuters ook mee spelen.
Voor mijn huidige boek: ‘bird, plane, butterfly’ dat uitkomt in november, ben ik in de stad steeds op zoek gegaan naar die vormen of samenkomsten van die vormen: van cirkels, vierkanten en driehoeken. Het is fascinerend om te beseffen dat die vormen en patronen overal op de wereld hetzelfde zijn, ze komen overal terug.”
Niet rennen maar stoppen
“Ik hoop dat kijkers zich beseffen dat ze met de kleine, alledaagse dingen waaraan ze makkelijk voorbijlopen toch iets moeten, omdat deze zich in het samenkomen van cultuur en natuur bevinden. Je kunt het niet vermijden. In mijn werk maak ik af en toe gebruik van een begeleidende tekst die context biedt. Maar wat ik de kijker vooral mee wil geven, is mijn verhaal over verwondering en verbinding in het alledaagse.
In mijn werk vind je overal stilte. Daar blijf ik altijd naar op zoek. Toen ik jonger was, was mijn kunst vooral helend voor mijzelf. Nu ik ouder word, voel ik me veel meer maatschappelijk verbonden. Ik zie en ervaar dat er op de wereld veel niet goed gaat: we drijven uit elkaar, raken steeds meer van elkaar en onze omgeving verwijderd. Ik wil mensen graag meegeven dat ze beter om zich heen gaan kijken, dat ze iets minder hard hoeven rennen. En zo minder het gevoel hebben dat ze almaar moeten presteren. Dat voortdurende presteren, al die mensen die denken: ‘Ik moet, ik moet’. Ik vind dat verschrikkelijk, het raakt mij. Het is mijn persoonlijk manifest om te mogen vertragen, om stil te mogen staan, zelfs ook helemaal te stoppen.”
Of lees het artikel via de website van Bodhi door op het artikel hieronder te klikken.